In juni 2016 heeft het Gieskes-Strijbis Fonds een donatie toegekend aan Human Rights Watch om onderzoek te doen naar mensenrechtenschendingen in Centraal Azië. Met hulp van onder andere het Gieskes- Strijbis Fonds kan Human Rights Watch de komende vier jaar gericht een aantal schendingen van fundamentele vrijheden onderzoeken, openbaren en bestrijden.
De Centraal- Aziatische republieken Kazachstan, Tadzjikistan, Oezbekistan en (in mindere mate) Kirgizstan (hierna: de Stans) zuchten onder de meest repressieve regimes van de wereld. De internationale NGO Human Rights Watch (HRW) heeft een klein team dat vanuit Bisjkek in het relatief verlichte Kirgizstan mensenrechtenschendingen documenteert en onderzoekt. De komende jaren gaat HRW gericht een aantal schendingen van fundamentele vrijheden onderzoeken, openbaren en bestrijden. De Stans zijn zelden in het nieuws. Nabijheid van belangrijke conflictgebieden als Afghanistan en het Midden-Oosten en concurrerende ambities van Rusland, China en het Westen in de regio maken dat weinig regeringen actie ondernemen. Door de moeilijke werkomstandigheden zijn er nauwelijks ngo’s in de regio werkzaam. HRW is de grote uitzondering op deze regel.
In de Stans heeft HRW vier specifieke mensenrechtenschendingen in beeld die het de komende tijd verder gaat onderzoeken: het verbod op politieke partijen (Tadzjikistan), dwangarbeid bij de katoenpluk (Oezbekistan), de onderdrukking van vakbonden (Kazachstan) en de geringe implementatie van wetgeving tegen huiselijk geweld (Tadzjikistan). Op verschillende momenten zal HRW de komende jaren naar buiten treden met rapporten over deze kwesties of filmpjes uitbrengen.