When I Give, I Give Myself

Het was een uniek project voor het Van Gogh Museum. Voor het eerst vroeg het museum aan hedendaagse kunstenaars om een (bestaand of nieuw) kunstwerk te leveren, waarbij niet het museum maar de kunstenaars zelf, in samenspraak met gastconservator Henk Schut, de keuze bepaalden van de werken. Dat resulteerde in de tentoonstelling When I Give, I Give Myself, die van 19 mei 2015 tot en met 17 januari 2016 te zien was in het Van Gogh.

Anders dan bij andere tentoonstellingen stond van tevoren niet precies vast wat het resultaat zou zijn, hoe de werken eruit zouden zien en of de opzet zou werken. Het was spannend of alles op tijd gerealiseerd zou worden, want de kunstenaars pasten hun plannen nog wel eens aan. Mede door die onverwachte wendingen werd het ook voor het Van Gogh een erg interessant en leerzaam project. De organisatie en de medewerkers werden gedwongen op andere manieren te denken en te werken, er werd een beroep gedaan op flexibiliteit en improvisatievermogen. En de uitkomst was bijzonder: 23 kunstwerken die op een onnadrukkelijke maar toch heldere manier door de vaste collectie verspreid waren, en die zowel als aparte route als in samenhang met de Van Goghs bekeken konden worden. Het museum was trots op het resultaat, die een interessante laag toevoegde aan de collectie. Ook de kunstenaars waren erg tevreden en vereerd om hun werk naast dat van Van Gogh te mogen tonen.

Het project ‘When I Give, I Give Myself’ paste prachtig in een bijzonder jaar voor het Van Gogh Museum: in 2015 werd groots herdacht dat het 125 jaar geleden was dat Vincent van Gogh overleed. Daarbij opende het Van Gogh Museum haar nieuwe entreegebouw en hadden we in het najaar de blockbuster tentoonstelling Munch : Van Gogh (best bezochte tentoonstelling 2015).

‍